donderdag 21 mei 2015

Vrije scholen en ICT: "Een stand van zaken"

In de titel van dit stukje geef ik bewust aan dat het hier “een stand van zaken” rond vrije scholen en ICT betreft. Onderstaand is een overzicht van projecten, websites en ideeën die ik heb kunnen vinden. Een algeheel overzicht van de vele initiatieven en ideeën binnen de vrijeschoolbeweging ontbreekt namelijk. Vrije scholen worstelen met ICT. Laptops, smartphones, wifi: hoe duiden we dergelijke fenomenen? Wat kunnen we er mee in onze lessen en in welk leerjaar starten we met de introductie van de computer op school? Moet je op een onderbouw al een PowerPoint leren maken? Of juist niet? Wanneer leer je werken met video? Moet je leren programmeren? Een brede didactische discussie komt echter maar zeer moeizaam op gang binnen de vrije scholen en wordt dan ook nog zeer fragmentarisch gevoerd. Het gevolg is dat elke school zijn eigen koers vaart en dat individuele docenten ondertussen gewoon gebruik maken van ICT in hun lessen. Ieder op zijn of haar eigen manier, zonder doordachte overkoepelende digitale didactiek gebaseerd op het gedachtengoed van Steiner.

Wordt er dan niet gediscussieerd in de vrijeschoolbeweging? Natuurlijk wel. In maart nog werd door de Hogeschool voor geesteswetenschappen bijvoorbeeld een conferentie met Andreas Neider georganiseerd. In de uitnodiging lezen we: “Met het organiseren van deze conferentie willen we iedereen die de uitdagingen van deze tijd niet wil verslapen, de gelegenheid bieden om met ons een wakker bewustzijn te ontwikkelen voor wat er op het gebied van moderne media echt gaande is. In de waan van de dag maken we ook zelf vaak onnadenkend gebruik van de moderne technische hulpmiddelen. Het past bij deze tijd om die mogelijkheden te gebruiken, te verkennen en te leren kennen. Daarnaast zijn er ook mensen nodig die reflecteren op deze moderne verschijnselen en met elkaar de schone schijn proberen te doorgronden.” En verder: “Moderne media laten een belangrijk tegenbeeld zien. In veel films en computerspelletjes treden fabelwezens op en zombies, overledenen en andere spookachtige verschijningen. Hiermee spelen de makers van deze media geraffineerd, maar meestal onbewust, in op het verlangen naar spiritualiteit. Kinderen en jonge mensen zijn de voornaamste consumenten van deze media. Voor hen is dit een groot gevaar omdat hun oordeelsvermogen en hun wil (laat staan hun ‘ik’) nog niet zo ontwikkeld zijn.” (Bron: Vrijeschoolbeweging.nl)
Het is wel een heel erg simplistisch beeld van nieuwe media. Ik ben niet op de conferentie geweest en weet dus ook niet of de discussie rond moderne media beperkt is gebleven tot films en computerspelletjes. Als dat wel zo is vind ik het een zeer negatieve ingang tot de materie, waarbij de uitkomst van de discussie op voorhand al vast staat. Wat te denken van de overvloed aan bronnen die nu digitaal ter beschikking staan voor onderzoek door onze leerlingen. Wat te denken van creatieve software om foto’s te bewerken en video te monteren en zo kan ik nog wel even doorgaan. Nogmaals een citaat uit de uitnodiging: “Het is daarom wenselijk en noodzakelijk om naast het gebruik van moderne media, bezig te zijn met compenserende creatieve en spirituele activiteiten waarin de extra ruimte, de overschotkrachten van het etherlichaam, worden aangesproken, zoals in kunstbeoefening, tuinieren, natuurwaarneming, meditatie en andere spirituele activiteiten.”(Bron: Vrijeschoolbeweging.nl) Natuurlijk kun je het met dit laatste alleen maar volmondig eens zijn. Maar wat is precies het probleem met bewerkingssoftware voor fotografie of film? En kun je ook verkeerde boeken lezen, of zijn er alleen maar goede boeken. Er zijn natuurlijk hele foute boeken, maar lezen we daarom niet? Ik wil hier alleen maar aangeven dat ik soms zo bang ben dat de nuance compleet verloren gaat als je alleen maar focust op de uitwassen.

Op Bureau Jeugd en Media blogt Freek Zwanenberg. Hij is op het blog expert (oud leerling) voor Vrije School en media. Hij stelt in een blogpost: “Op de vrijeschool wordt in het basisonderwijs geen ICT ingezet, in tegenstelling tot de enorme opmars van ICT in veel andere scholen. Een verfrissende tegenbeweging, maar ook een uitdaging voor vrijeschoolouders die hun kind wél vast kennis willen laten maken met media.“ Ik weet uit ervaring dat deze mening door velen in en buiten de vrijeschoolbeweging wordt gekoesterd, maar er wordt in het basisonderwijs in de praktijk wel degelijk gebruik gemaakt van ICT. Niet op elke onderbouw misschien, maar ik ken voorbeelden. De Belgische vrije scholen publiceerden al in 2004 een visie over ICT in het basisonderwijs. Uit Onderwijs in een technologische wereld: “De grootste moeilijkheid is die, dat geen enkele opvoedingsmethode, ook al is die nog zo ideaal, de mens buiten het leven mag plaatsen. (...) Ziet u, als u een kind wilt opvoeden in absolute overeenstemming met de idee, dan zult u het op zijn veertiende, vijftiende jaar zover hebben, als zeer zeker heel ideaal kan zijn, maar het kind kan zijn weg niet vinden in het moderne leven, het weet niet wat te beginnen. Zodat er dus op de Vrije School niet zuiver en alleen aan de verwezenlijking van een ideaal gewerkt werd en wordt, maar dat het zaak is het kind zo op te voeden dat het steeds de aansluiting weet te vinden bij het leven van vandaag, bij de huidige sociale verhoudingen.” (citaat uit: Steiner, R., Geestelijke grondslagen voor de opvoedkunst, (GA 305), Zeist, 1980, p. 141) Volgens de Federatie van Steinerscholen in België lijkt er zich (in 2004) binnen de Steinerscholenbeweging (internationaal) een consensus te vormen dat ICT gebruik in de klas voor het vijfde leerjaar niet aan te bevelen is. “Dit betekent niet dat het vanaf het vijfde leerjaar aan bod moet komen. Op dit vlak zijn er internationale en lokale verschillen. De voorwaarden voor werkelijk veilig, zinvol en verantwoord ICT-gebruik, zijn vóór die leeftijd zeker nog niet steeds vervuld (voldoende ontwikkelde leesvaardigheid, een zeker objectiverend vermogen, beoordelingsvermogen, …). Ook wanneer een leraar in het basisonderwijs besluit om ICT niet te integreren in zijn klaspraktijk, is het toch aan te raden dat de leraren zelf vertrouwd zijn met ICT, in de eerste plaats om een geloofwaardige en gefundeerde beslissing betreffende ICT in de klas te kunnen nemen.” (Bron: Samenvatting visietekst)

Freek Zwanenberg had het al over een uitdaging voor vrijeschoolouders. Een voorbeeld van zo’n ouder die worstelt met ICT is Martine Hogerwerf, die als vrijeschoolouder een blog begon, ‘Mijn vrijeschoolkind online’. Hier geeft zij voorbeelden van dilemma’s waar je als vrijeschoolouder mee te maken krijgt, als je toch aan mediaopvoeding wilt doen. Want wat als je een middenweg wilt bewandelen, en wel zelf je kind toch al wat dingen over media wilt leren? Waar moet je dan beginnen? In hoeverre is het te rijmen met de antroposofische mensvisie? En hoe moet je dan omgaan met de huiver vanuit school?
Zwanenberg duidt in zijn blogpost ook de visie van Steiner over de verhouding van de mens tot technologie. “Omringd door al die technologie raken we ons oorspronkelijke contact met de natuur kwijt. Maar: “Het herontdekken en ontwikkelen van je geestelijke (spirituele) vermogens moet volgens hem (Steiner) juist middenin het moderne leven plaatsvinden, niet erbuiten.”

Het duiden van ICT in ons onderwijs blijft een moeilijk vraagstuk dat zich niet makkelijk laat vatten in een eenduidige en door iedereen binnen de vrijeschoolbeweging omschreven leerlijn mediawijsheid, zoals in 2014 is gepoogd door de Vereniging van vrije scholen. Een dergelijke - aan de Steinerpedagogie gekoppelde - leerlijn is niet binnen een paar maanden te verwezenlijken. De teleurstelling daarover was zo groot dat over het m.i. succesvolle deelproject Werken met WebQuests niets meer is vernomen. Volgens mij ligt echter juist de oplossing in het ervaring opdoen, het maken van digitaal en interactief lesmateriaal en het delen van dit materiaal met collega’s. Trial and error, kijken wat werkt of niet zal het ontwikkelen van een antroposofisch onderbouwde visie op ICT en een bijbehorende leerlijn alleen maar stimuleren. (Zie bv. het aardrijkskundeblog van het Novalis College) Dit lijkt mij een betere weg dan in abstractie blijven praten over iets wat gewoon onder je handen verder evolueert in de maatschappij. De zogeheten Derde Industriële Revolutie gaat echt aan niemand voorbij, ook niet aan de vrijeschoolbeweging!

Wat schetst plots mijn verbazing? Ineens blijken nu een aantal jonge docenten, vakredacteuren vanuit verschillende scholen (wie, waarom), een vrijeschoolwiki te hebben ingericht. Als ik nu kijk bij grammatica klas 7, werkvormen, dan blijkt dat het oefenen met de computer, het zichzelf testen van de leerlingen met automatische feedback, ineens bon ton is. Vraag het een willekeurige vrijeschool docent en hij zal je onmiddellijk vertellen dat de band van de docent met de leerling hierdoor in gevaar komt. Onze Belgische vrienden over dit onderwerp op de onderbouw: “Onder bepaalde voorwaarden (motivatie om het leertraject helemaal door te maken, aanleren van cognitieve en met het geheugen samenhangende vaardigheden, enz.) opent deze leerwijze mogelijkheden, maar het is echter zeer de vraag of lagere-schoolkinderen aan deze voorwaarden voldoen. Bovendien verdwijnen in het ‘digitale leerproces’ een aantal belangrijke aspecten zoals de verbinding van alle kennis met de mens, het leren over de wereld in een gevoelsmatige context, het kunstzinnige en esthetische karakter van hetgeen men kinderen aanreikt, enz. Om deze redenen is het gebruik van ICT bij het aanbrengen van inhouden geen geschikt instrument in de Steinerschool. De beleefbare menselijke bemiddeling (opvoedkunst) staat hoe dan ook centraal.” (Bron: Samenvatting visietekst)

Positief is dat er in elk geval beweging is, want wat is er beter dan op deze wijze via een wiki je eigen methode-onafhankelijke lesmateriaal openbaar te maken, te delen en te behouden voor nieuwe generaties leraren. Ik hoop dan ook dat vele docenten hun materiaal gaan toevoegen aan de vrijeschoolwiki. Ik persoonlijk vind het dan wel weer heel jammer dat veel opdrachten vervolgens gewoon weer teruggrijpen op potlood en papier. Ik zie heel weinig interactiviteit in het lesmateriaal (vergelijk dit eens met de stercollecties van VO-content). Interactiviteit zie ik ook niet bij Veel Goeds, dat lesmateriaal aanbiedt voor de onderbouw. “De website is ontstaan uit de behoefte een hedendaags platform te creëren om allerlei mooie vondsten met elkaar te delen. Het is toch zonde van de tijd wanneer leerkrachten elk jaar het wiel opnieuw moeten uitvinden, of dat wegens tijdgebrek niet zo goed kunnen doen als ze zouden willen. Terwijl er in vele kasten het prachtigste materiaal gewoonweg ligt te verstoffen.” Het betreft hier helaas een betaalsite! Ik heb geen abonnement en kan het materiaal dus niet goed beoordelen, want delen en hergebruiken van lesmateriaal onder Creative Commons Licentie (zonder kosten) heeft mijn voorkeur en is gezien alle ontwikkelingen (Wikiwijs, Klascement in België) ook de weg die het onderwijs is ingeslagen.

De initiatieven die nu worden genomen binnen de vrijeschoolbeweging doen mij denken aan de begintijd van het WorldWideWeb toen bedrijven en gemeenten hun folders en bestanden online zetten. Je ziet dat ook bij het blog over Jaarfeesten, bij de Doehoek en Helend Leren, om zo maar eens wat voorbeelden te noemen. Ik hoop dat we er na deze fase snel toe overgaan om dan nu echt de mogelijkheden van digitale didactiek te gaan onderzoeken. Want het zelf maken en delen van lesmateriaal was nog nooit zo makkelijk en past geheel bij ons leermiddelenbeleid: “Eigen lesstof beklijft beter - vrijescholen ontwerpen liever zelf. Reguliere lesmethodes kunnen knellen, vinden de vrijescholen. Zelf schrijven en uitwisselen gebeurt er op grote schaal. We willen geen methodeschool worden.” (Bron: Leermiddelenvo.nl)

Het zou mooi zijn om gezamenlijk over deze zaken na te denken, onder de vlag van één project met één duidelijke projectleider, projectverslagen en evaluaties. Dat moet toch mogelijk zijn? Ik doe mee! Reacties op dit blog kun je hieronder bij Opmerkingen plaatsen.

Zie ook: Electrosmog

1 opmerking:

  1. Een goede inleiding in het onderwerp, Willem. Overigens deel ik de antroposofische visie dat het 'aanbrengen van inhouden middels ict' niet ideaal is en dat die via een leerkracht, een expert moet verlopen. Copy-pastegedrag ligt op de loer wanneer je leerlingen zelf op onderzoek uitstuurt en dat is slecht voor de zogenaamde 'verwerkingsdiepte' (sla 'Digitale Dementie' van Manfred Spitzer er maar eens op na). Easy come, easy go. Het is net als met paddestoelen: die groeien snel, maar ze veranderen ook weer snel in een hoopje snot. Makkelijk vergaarde informatie beklijft minder goed dan informatie waarvoor je wat hebt moeten doen. Het zou mij niets verbazen dat vrijescholieren de laatste tijd zo goed scoren mede dóór de afwachtende houding van vrijescholen t.o.v. ict. Dat neemt niet weg, dat we wél een verhouding moeten vinden tot deze techniek en moeten nagaan waar, wanneer en hoe ze wel vruchtbaar kan zijn.

    BeantwoordenVerwijderen