dinsdag 29 oktober 2013

Qompas Magazine

Het vertrouwde Qompas Open Dagen Magazine, dat altijd in de Mediatheek aan de leerlingen werd aangeboden, gaat digitaal. Het heet nu QM! Vanaf begin september 2013 is QM! (Compas Magazine) voor iedereen online te lezen. Het nieuwe online magazine staat vol met artikelen over het maken van een passende studiekeuze, interviews met studenten over hun studie en de koppeling tussen studies en de arbeidsmarkt. In de eerste uitgave van QM! wordt onder andere aandacht besteed aan studeren in het buitenland, de KNAW onderwijsprijsvoor het beste profielwerkstuk en bèta studies als baangarantie. Onderzoek, aldus QM!, toont namelijk aan dat we in Nederland op termijn zo’n 30.000 technische mensen tekort gaan komen. Let wel even op: scrollen binnen een artikel gebeurt met de scrolknop midden onder. Met de scrolknoppen links en rechts scrol je door de artikelen van het magazine.
Naast de vaste, redactionele input is er in Qompas Magazine ruimte voor opleidingspresentaties en interviews met bestuurders, decanen of opleidingsinstituten. Het doel is om de leerlingen zo breed mogelijk te informeren over de persoonlijke ontwikkeling van gelijkgestemden en over kansen en mogelijkheden binnen het hoger én wetenschappelijk onderwijs. Klik hier om het nieuwe online magazine te bekijken.
Leerlingen kunnen in het eerste nummer hun stem uitbrengen over ‘Wat is voor jou de belangrijkste overweging bij het maken van een studiekeuze?’. Ook kunnen leerlingen online filmpjes bekijken. De verschillende filmpjes geven leerlingen de indruk van een bepaalde studie of beroep. Eveneens handig - en ook van Qompas - is de Open Dagen Kalender.

Voor beroepenoriëntatie kun je trouwens ook terecht bij een zeer volledige Kennisnetpagina. Eerder al vermeldde ik dat LinkedIn de leeftijd voor deelname verlaagde naar 16 jaar (Nederland). LinkedIn Universiteitspagina’s maken nu vroeg contact met universiteiten mogelijk. Met deze nieuwe dienst wil LinkedIn scholieren en studenten helpen in hun zoektocht naar een passende (Hogere) onderwijsinstelling of studie.

dinsdag 15 oktober 2013

Donorwise

De jaarlijkse Donorweek is gisteren begonnen en duurt nog tot en met 20 oktober. Op allerlei manieren vragen de Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS), de gezondheidsfondsen en het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) in deze week aandacht voor orgaan- en weefseldonatie. Donorregistratie is een belangrijk maatschappelijk onderwerp dat iedereen aangaat. Jaarlijks ontvangen alle jongeren die 18 zijn geworden een informatieparket van de minister van VWS. Hierin zitten een brief van het Donorregister, een brochure en een donorformulier. In de brief wordt hen gevraagd een keuze te maken over orgaandonatie en hun keuze vast te leggen in het Donorregister. Van de jongeren die nog niet geregistreerd staan, twijfelt 40% nog. Dit blijkt uit representatief onderzoek uitgevoerd onder jongeren geboren in 1994 in opdracht van de NTS. 'Het blijkt dat jongeren voornamelijk worden gemotiveerd om zich te registreren omdat ze hiermee levens kunnen redden. Ook vinden ze het belangrijk om hun eigen keuze te maken en de beslissing dus niet na overlijden aan hun nabestaanden over te laten', aldus Bernadette Haase, directeur van de NTS. Uit dit onderzoek, uitgevoerd door TNS/NIPO in juni 2013 onder 739 jongeren geboren in 1994, blijkt echter dat slechts bij 1 op de 6 18-jarigen orgaandonatie is behandeld in hun klas. Dit terwijl scholieren aangeven dit wel belangrijk te vinden.

Om een weloverwogen keuze te kunnen maken is het belangrijk dat de jongeren over voldoende kennis beschikken. Eerder al berichte ik over Xtralife, een programma voor het MBO van de Nederlandse Transplantatie Stichting. Er is ook Donorwise van dezelfde stichting. Deze lesmodule is specifiek voor het Voortgezet Onderwijs. Leerlingen komen hier met animaties, ervaringsverhalen van leeftijdsgenoten en diverse opdrachten meer te weten over orgaandonatie. Afwisselend wordt kennis opgebouwd en wordt de meningsvorming aangesproken. Het lesmateriaal is ook nog eens zo opgezet dat leerlingen hier ook examenvaardigheden oefenen als het schrijven van een betoog en het voeren van een discussie. Ze leren ook zich te verplaatsen in opvattingen van verschillende religies en ook komen de biologische, maatschappelijke en persoonlijke aspecten van orgaan- en weefseldonatie aan bod. De eerste module bijvoorbeeld behandelt het lichaam (organen en weefsel) en het eventueel falen van het lichaam en de mogelijkheden die transplantatie dan biedt. In de drie modules voor de bovenbouw wordt het materiaal verder uitgebreid. De laatste module, module 8 biedt de leerling handvatten voor het maken van een profielwerkstuk rondom orgaandonatie. Er zijn docentenhandleidingen voor de eerste vijf modules onderbouw en de resterende modules bovenbouw van het Voortgezet Onderwijs beschikbaar.



Van de Stichting Biomaatschappij is er de uitgave Donor in hart en nieren, alles over orgaandonatie van Nienke Beintema …[et al.] en in de Mediatheek vind je nog Kop uit het zand van Pamela Stark. Zowel voor- als tegenstanders komen hier aan het woord, deskundigen, donoren of familie van donoren en patiënten. Tevens is er een eindwerkstuk in onze collectie beschikbaar: Met hart en ziel : Doneren of niet?

Je kunt in de lessen natuurlijk ook gebruik maken van de speciale facebookpagina, waarop je actuele informatie op de tijdlijn ziet. Om de pagina te zien hoef je niet in te loggen, als je de leerlingen wilt laten reageren moeten zij wel inloggen met hun facebookaccount.

dinsdag 8 oktober 2013

Werelderfgoed

Wil je de geschiedenis van de mensheid kennen, dan is het behoud van haar erfenis noodzakelijk. Uit die gedachte is de Werelderfgoedlijst van de UNESCO ontstaan. UNESCO is de cultuurorganisatie van de Verenigde Naties en als zodanig de hoeder van het universeel waardevolle erfgoed, ook in Nederland. Op de erfgoedlijst staan intussen bijna 1000 archeologische vindplaatsen, monumenten van kunst en architectuur, steden en cultuurlandschappen die van "uitzonderlijke universele betekenis" zijn voor de wereldgemeenschap. Om het cultureel- en natuurlijk werelderfgoed te kunnen beschermen is er sinds 1972 een verdrag opgesteld: De Conventie voor de bescherming van cultureel en natuurlijk Werelderfgoed. Dit verdrag en het Werelderfgoedfonds van UNESCO zijn sterk afhankelijk van gezamenlijke internationale inspanningen om de belangrijkste plekken op aarde te behouden. Werelderfgoed is cultureel en natuurlijk erfgoed dat onvervangbaar en uniek is en beschouwd moet worden als eigendom van de hele wereld. Het is van groot belang dat dit erfgoed behouden blijft. Een overheid die het verdrag ondertekent, belooft daarmee goed voor zijn werelderfgoederen te zorgen. Nederland ondertekende het verdrag in 1992. De Nederlandse werelderfgoederen op de lijst zijn:

· Schokland (1995)
· Stelling van Amsterdam (1996)
· Molens bij Kinderdijk (1997)
· Historisch gebied van Willemstad (1997)
· Ir. D. F. Woudagemaal (1998)
· Droogmakerij de Beemster (1999)
· Rietveld Schröderhuis (2000)
· Waddenzee (2009)
· Amsterdamse grachtengordel (2010)

Vanaf begin september 2013 staat het bekende gele kader van National Geographic in het Nederlandse landschap om die plekken in Nederland die op de werelderfgoedlijst staan in een nieuw perspectief te bieden. Hiermee ondersteunt National Geographic het belang van het behoud van de schatkamers van de wereld. Op de Interactieve Werelderfgoedkaart kun je zien om welke plekken op aarde (en Nederland) het gaat. Klik op een van de rode bolletjes voor meer informatie.

Voor de zevende en achtste klassen in het Vrije School onderwijs (regulier: klas 1 en 2 VO) is er speciaal lesmateriaal  van de Stichting Werelderfgoed.nl voor het Nederlandse werelderfgoed met een bijgeleverde handleiding voor de docent. De inhoud van de lessen sluit volledig aan bij het onderwijscurriculum. Het geeft invulling aan het leergebied erfgoededucatie, de verplichte kerndoelen en de vensters van de canon van Nederland. De bijbehorende site geeft een keur aan informatie. Bij de lessen hoort de tv-serie Hollandse Wereldwonderen. Die serie laat zien wat de Hollandse Werelderfgoederen zo bijzonder maakt voor de wereld. 


Het World Wonders Project van Google (onder meer ook in samenwerking met UNESCO) is eveneens opgezet tot behoud van het werelderfgoed met behulp van verschillende digitale technologieën en informatiebronnen. Naast Google 3D-modellen en YouTube-video’s biedt de website van het World Wonders Project officiële informatie en foto’s en (Engelstalig) lesmateriaal. Liverpool - Maritieme handelsstad behandelt bijvoorbeeld de Industriële Revolutie en de slavernij. De lespakketten kun je als zip-bestand downloaden en zij bevatten tevens een Powerpoint om de les mee in te leiden.

Internationale verbondenheid, verdraagzaamheid en solidariteit zijn belangrijke doelstellingen voor scholen met het UNESCO-schoolprofiel. De scholen maken deel uit van een wereldwijd netwerk met zo’n 9700 scholen. UNESCO-thema’s komen structureel en schoolbreed aan de orde. De scholen geven ieder op eigen wijze invulling aan het profiel door aan te sluiten bij lopende UNESCO-projecten en door eigen projecten en materialen te ontwikkelen. In Nederland zijn op dit moment 20 UNESCO-scholen en vier oriëntatiescholen. Zij zijn verdeeld over alle leeftijdsgroepen, van basisonderwijs tot HBO. UNESCO-thema’s komen in deze scholen structureel en schoolbreed aan de orde. Zij besteden aandacht aan tenminste drie van de vier UNESCO-thema’s. Deze thema’s worden wereldwijd ingezet en zijn ieder gekozen vanwege de bijdrage die ze kunnen leveren aan meer begrip voor elkaars land en cultuur en om zo wereldvrede te bevorderen. De vier UNESCO-thema’s zijn: Vrede en mensenrechten, Intercultureel leren, Wereldburgerschap en Duurzaamheid. Het internationale lespakket World Heritage In Young Hands is vertaald en bewerkt voor het onderwijs in Nederland. Het pakket is bedoeld ter versterking van het leren over het gedachtegoed van UNESCO en het werelderfgoed ver weg en dichtbij. Het pakket is in eerste instantie ontwikkeld voor het voortgezet onderwijs. Er is ook bij dit lesmateriaal een handleiding beschikbaar.

Tot slot: ook Wikiwijs heeft een Unesco portal waar je materiaal kunt vinden.

dinsdag 1 oktober 2013

Lespakket Wereldtheater

Ik doe het op deze plek niet vaak, maar ik wil nu toch een recente aanwinst van de Mediatheek wat extra aandacht geven. Het betreft het lespakket Wereldtheater, een samenwerking van Emile Schra met uitgever International Theatre en Film Books, het Tropentheater en Margriet Jansen Culturele Producties. Wereldtheater is een lespakket voor CKV, dans, drama en maatschappijleer geschikt voor leerlingen in de bovenbouw van havo/vwo. Het wil vooral de belangstelling voor wereldculturen in Nederland verder stimuleren. Het geheel bestaat uit een (docenten)boek, dvd, werkboek voor leerlingen en een website. In het (docenten)boek, dat overigens ook gewoon ‘los’ als handboek is te lezen, worden zes theatervormen van buiten Europa in woord en beeld beschreven. De politieke en culturele geschiedenis van de betreffende landen wordt behandeld en de relatie tot de heersende religieuze opvattingen en de besproken theatervormen worden geplaatst in hun maatschappelijke context. 
Het gaat in het boek om traditionele theatervormen in Turkije, Ghana, Suriname, Indonesië, India, China en Japan. De tekst wordt ondersteund door een dvd met 120 minuten aan beeldfragmenten. Symbooltjes in de tekst verwijzen telkens naar de dvd. De theatertradities die centraal staan in het (docenten)boek en werkboek zijn: het poppentheater (Turkije), vertelkunst uit Afrika en Suriname, Topengtheater (Bali), Kathakali-dansdrama ( India), peking opera (China) en Kabukitheater uit Japan.

Middels het werkboek maken leerlingen kennis met theatervormen uit andere delen van de wereld. Nieuwe begrippen worden uitgelegd in de uitgebreide begrippenlijst. Leerlingen starten individueel met elk hoofdstuk, de spelopdrachten zijn klassikaal. Via korte interviews, citaten, anekdotes en informatieve teksten worden de theaterpraktijk en de context tot leven gebracht. De maatschappelijke functie van theater wordt uitgebreid uitgelegd in het (docenten)boek en werkboek. Opzet van het werkboek is de leerlingen zowel tot spelen te brengen als aan te zetten tot reflectie over de nieuwe theatervormen waarmee zij hebben kennisgemaakt. De leerling wordt met het oog op de aangereikte opdrachten, verwezen naar een speciale website waarvoor de inloggegevens bijgeleverd zijn. Zo wordt onder meer via YouTube de lichaamstaal van Archie Bunker (Amerikaanse sitcom uit de jaren zeventig van de vorige eeuw) bestudeerd als voorbereiding op de uitleg over oosterse uitdrukkingsvormen.
Traditionele theatervormen kenmerken zich door het gebruik van vorm, dans en beweging en weinig taal. Juist hierdoor kunnen leerlingen in de drama- en theaterlessen nieuwe spelvormen vinden. Concentratie en jarenlange training is een ander kenmerk waarvoor deze theatervormen respect afdwingen bij de leerling. Via de oefeningen en opdrachten in het werkboek en het kijken naar filmfragmenten is het geheel voor leerlingen makkelijk te plaatsen. 




Ik zou mezelf natuurlijk verloochenen als ik niet naar meer beeldmateriaal was gaan zoeken. Heb je niet genoeg aan het aangeboden filmmateriaal: type de naam van de theatervorm in bij YouTube en zoek dan naar afspeellijsten. Ik vond mooie voorbeelden voor de Kathakali dans, het Topengtheater en het Japanse Kabukitheater.